“Eindhoven aan de Dommel, met een rechtbank van eerste aanleg en 2310 inwoners. Deze plaats was eertijds versterkt en met wijde en diepe grachten voorzien; doch in het laatst der zeventiende eeuw is zij tot een open vlek gemaakt. Men meent dat de tijd der stichting van deze open stad in de dertiende eeuw thuishoort. Het getal der huizen beloopt 327, onder welke verscheidene naar den hedendaagse bouwtrant zeer fraaie woningen gevonden worden. Eindhoven bezit enige lakenfabrieken, ook van gemengde stoffen van vlas, katoen en wol, benevens hoedenfabrieken; het een en ander houdt 277 mensen bezig. Ook zijn er looierijen, brouwerijen en veel handel, vooral op het land van Luik en Brabant, in Engelse, Duitse en andere manufacturen, alsmede in tabak, snuif en kruidenierswaren. Veel boter en graan wordt hier op de druk bezochte weekmarkt verkocht. De onlangs alhier geheel nieuw aangelegde ‘mekanieke’ wolspinnerij, ruwerij en lakendroogscheerderij verdient opmerking”. 

Bron: A. van Zutphen in zijn in 1820 uitgegeven Aardrijks- en Geschiedkundige Beschrijving der Provincie Noord-Brabant