Kinderarbeid speelt een essentiële rol in Eindhoven in het midden van de negentiende eeuw. 

De meeste jongens die in de tabaksnijverheid gingen werken, waren nog maar kind toen ze met weken begonnen. Van de 353 mannen die in 1864 in de tabaksnijverheid werkten, was slechts twaalf procent vijftien jaar of ouder bij het begin van hun werkzaamheden en slechts twintig procent was tien jaar oud. Twee jongens waren nog maar zes jaar oud toen zij in de fabriek gingen werken. 

De jongste meisjes zijn negen of tien jaar als ze in de tabak gaan werken, drie kwart begint als ze tussen elf en twaalf jaar zijn. Kinderen worden beschouwd als volwassenen in zakformaat en worden ook als zodanig behandeld, behalve op het gebied van betaling.