De uitwassen van kinderarbeid worden enigszins ingeperkt door het Kinderwetje van Samuel van Houten uit 1874 en de Arbeidswet van 1889. De inwerkingtreding ervan betekent niet dat er onmiddellijk een eind komt aan alle misstanden. 

Fabrikanten zien ondanks de nieuwe wetgeving kinderen graag komen, want die krijgen maar een fractie van het toch al karige loon van een volwassene.